Make Text BiggerMake Text SmallerReset Text Size 








Search

Colofon


Nieuw Amsterdams Peil wordt gemaakt door de studenten van de Masteropleiding Journalistiek van Universiteit van Amsterdam. In september en oktober verschijnt de krant als electronisch weekblad en in januari en februari als meerdaags nieuwsblad. In de tussenliggende periode verschijnt de krant onregelmatig.

Voor reacties, informatie en vragen:
info.NAP@gmail.com


Wie stopt Hester van Eeghen? PDF Afdrukken E-mail
Bijdrage van Catrien Spijkerman   
Friday, 12 September 2008
In twintig jaar groeide haar naam uit tot een begrip in de ontwerperswereld. Maar nog steeds is ze oprecht verwonderd als iemand een tas van haar koopt. Terwijl haar vrienden en familie pogingen doen haar te temperen, raast de creatieve geest van tassenontwerpster Hester van Eeghen onverminderd door.

Een vriendin vroeg het haar een paar dagen geleden nog: ‘Goh Hester, wanneer ga je nou instorten?’ Het was een dag na de opening van Hester van Eeghens expositie in het Amsterdamse tassenmuseum Hendrikje. Het tassenmuseum was afgeladen. En Hester van Eeghen (49) had alles zelf geregeld, was overal tussendoor gefladderd en had iedereen behaagd.

Zo gaat het al twintig jaar. De expositie die nu in het Tassenmuseum te zien is, viert de twintigste verjaardag van het merk Hester van Eeghen. Haar tassen worden inmiddels verkocht in 150 winkels in Nederland, Duitsland, Zwitserland, Groot- Brittannië, Japan en de Verenigde Staten, en zijn te vinden in beroemde musea als het Museum of Modern Art in New York. Sinds 2000 ontwerpt de Amsterdamse ook schoenen.

Als Barbara van den Broeke, vriendin van Van Eeghen sinds de basisschool, tijdens een werkcongres om zich heen kijkt, ziet ze zo een stuk of drie Hester van Eeghen tassen. ‘Het leuke is dat als je tegen zo’n vrouw zegt: ‘Hee, jij hebt een Hester van Eeghen’, dan heb je meteen een gesprek. Over iedere tas is een verhaal te vertellen.’

Dan stuurt Van den Broeke haar vriendin een smsje: vanavond alweer drie tassen van jou om me heen. ‘En iedere keer is Hester dan oprecht enthousiast en verwonderd. ‘Ja echt? Wat leuk!’ Nog steeds kan ze helemaal blij worden omdat iemand haar tas koopt. Verbaasd dat zo veel mensen mooi vinden wat zij maakt. Ik denk dan: logisch, je zaak loopt als een dolle.’

Exclusiviteit 

Ze hebben iets exclusiefs, die tassen van Van Eeghen. Hester van Eeghen is dan ook niet als alle anderen. Met opvallende combinaties van felle kleuren zijn haar tassen even uitbundig als Van Eeghen zelf. ‘Normale tassen zijn allemaal hetzelfde: bruin of zwart. Hester maakt tassen die verassen’, zegt Sigrid Ivo, directrice van tassenmuseum Hendrikje. ‘Het zijn liefhebberstassen. Niet iedereen vindt ze mooi, maar je kunt niet langs haar winkel lopen zonder naar binnen te kijken. De kleuren en vormen springen eruit.’

Dat was vanaf het eerste moment al zo. Van den Broeke was erbij, die eerste keer op Koninginnedag op een kleedje op de Elandsgracht, tijdens hun studententijd in 1984. Binnen no time waren de puntvormige tasjes genaamd ‘piramide’ van Van Eeghen uitverkocht. Het was het startsein voor Van Eeghen en ze sprintte meteen door.

Er zijn wel genoeg juristen, zei ze tegen haar moeder. De opleiding leerbewerking in Brabant beviel haar beter dan de studie rechten. Ze maakte tassen voor familie, en verkocht die vanuit haar huis. Vriendinnen klopten bij haar aan. ‘Die blauwe jurk met dat rode randje, kun je daar niet een tasje bij maken?’ Na een tijdje zei haar vader: ‘Laten we je handeltje nou eens doorlichten. Hoe staan de zaken ervoor, kun je hier van leven?’ Zijn conclusie was dat als ze zo door zou gaan ze het nét zou redden. ‘Daar heb ik vrede mee’, zei Van Eeghen en huurde in 1988 een pand in de Negen Straatjes, in de Hartenstraat.

Alleen het allerbeste

Ze kreeg het allemaal voor elkaar. Met verbazing keken haar ouders over haar schouders mee. Want ieder jaar ging het beter. ‘Als ze ergens voor gaat, dan moet het haar ook lukken’, zegt haar moeder. ‘Ze is een doorzetter, een draufgänger.’ Het leerambacht in Nederland was bijvoorbeeld stervende, en Van Eeghen kon de tassen niet allemaal zelf blijven maken. De zoektocht naar kwaliteit begon. Ze moest en zou haar tassen van het beste leer, door de beste ambachtslieden laten maken. Ze ging naar India, maar vond niet wat ze zocht. ‘Ze heeft zelfs geprobeerd de meisjes in die ateliers daar tot diep in de nacht te onderrichten’, vertelt Van Eeghens moeder. Maar het mocht niet baten. ‘Ze werkten niet secuur, Hester vond hun producties niet leverbaar.’

De juiste vaklieden vond ze in Italië. Haar man kreeg een aanstelling in Milaan. Van Eeghen reisde hem achterna. Zo kwam ze terecht in het land dat een eeuwenlange traditie van leerbewerking kent. Ze keek rond, keurde, leerde, en keek verder. Uiteindelijk vond ze de geschikte producenten. Van de negen bedrijven die nu voor haar werken, stamt een aantal nog steeds uit die tijd.

‘Die drie jaar in Italië zijn goed voor haar geweest’, meent vriendin Van den Broeke. ‘Hester werd gedwongen haar onderneming in Nederland los te laten, en op anderen te vertrouwen.’ Een belangrijke stap, want Van Eeghen doet het liefst alles zelf. ‘Ze zit altijd overal bovenop’, zegt Frederiek Dijkstra, de manager van Hester van Eeghen. ‘Niets is vanzelfsprekend, ook niet bij een levering van producenten die al jaren voor haar werken. Iedere tas wordt streng door haar persoonlijk gecontroleerd. Altijd.’ Nog steeds gaat Van Eeghen elke maand terug naar Milaan. Dan fietst ze één voor één alle werkplaatsen van haar fabrikanten af. Om te kijken of alles nog goed gaat.

Hard werken 

Het is moeilijk om haar bij te houden. Van haar twaalf medewerkers verwacht ze dat ze, net als zij, voortdurend overal bovenop zitten en altijd maar doorgaan. ‘Gelukkig worden zij beschermd door werktijden’, zegt Van Eeghen zelf. Anders zouden ook zij hele nachten doorwerken. ‘Haar eigen waterval aan energie projecteert ze ook op ons’, zegt manager Dijkstra. ‘Maar dat is niet reëel, wij zijn geen Hesters.’

Van Eeghen is veeleisend. Haar werknemers weten dat het door haar enthousiasme komt, dat ze soms over hen heen dendert. ‘Ze voert de druk op, maar krijgt de mensen om haar heen altijd mee’, zegt haar moeder. ‘Misschien komt het doordat ze zo een grote belangstelling heeft voor andere mensen. Een vriendin van mij zei ooit: met andere mensen heb ik een conversatie, met Hester heb ik een gesprek.’ Haar werknemers hebben het graag voor haar over. Dijkstra: ‘Dat waardeert ze ook. Dan geeft ze een enorm diner, en krijgt iedere werknemer zijn favoriete paar schoenen.’

Af en toe moet Hester van Eeghen worden afgeremd. Zonder de mensen om haar heen is ze grenzeloos, en verdwijnt ze letterlijk in haar werk. Dan zeggen vriendinnen: ‘Kom uit dat atelier, je ziet al veel te bleek’. Dan zeggen haar medewerkers: ‘Misschien kun je beter twee in plaats van vijf nieuwe ontwerpen laten produceren, want er is gewoon geen plaats in de winkel en het magazijn.’ Van Eeghen volgt schoorvoetend hun advies op.

Geen zakenvrouw

Ze zou veel zakelijker moeten zijn, denkt vriendin Van den Broeke vaak. Het afwegen van haar eigen creatieve belang tegen het zakelijke bedrijfsbelang gaat haar nog altijd moeilijk af.‘Als ze in de winkel staat, besteedt ze eindeloos veel tijd aan haar klanten. Tijd die ze helemaal niet heeft. En dan geeft ze ook nog eens levenslange garantie op die tassen. Wie doet dat nou? Ze heeft twee reparateurs, maar als die niet kunnen, of geen tijd meer hebben, zit zij hele zondagen te repareren voor klagende dames uit Amstelveen. Geef dan vijf jaar garantie, als het zo nodig moet. Maar nee, zegt zij: ik heb hen dat beloofd.’ Echt zakelijk is ze niet, vult haar moeder aan. ‘Ze kan niet hard zijn, bijna sentimenteel is ze soms. Het blijft natuurlijk een kunstenares.’

Toch is er geen jaar voorbij gegaan dat Van Eeghens onderneming slecht liep. Kunstenares of niet, ieder jaar liet ze een boekhouder de balans op maken. Net als die eerste keer met haar vader. Hoe sta ik ervoor? Wat is goed voor mij, wat is goed voor de winkel? Als ik deze stap neem, wat moet ik dan laten? En elk jaar was de conclusie: ook dit jaar weer een groei van tien procent.

Groeien 

Hoe groot gaat Hester van Eeghen nu nog worden? De stroom van ideeën houdt bij haar nooit op, en aan haar doorzettingsvermogen zal het ook niet liggen. ‘Zo groot of zo klein als we zijn, natuurlijk willen we nog ieder jaar groeien’, zegt manager Dijkstra. ‘Maar megagroot wordt het niet.’

Vriendin Van den Broeke zegt het stellig: ‘Als ze zou willen, zou ze nog veel groter kunnen worden. Ze zou een productie kunnen maken voor een groot merk of een warenhuis als de Bijenkorf. Nu zit ze op het randje. Neem ik de stap? Hoe pak ik dat aan? En vooral: wil ik dat wel? De mogelijkheden hebben zich voorgedaan. Maar ik denk dat ze die stap kunstmatig tegenhoudt.’

Want iedere tas zelf controleren, eindeloze aandacht voor je klanten, of levenslange garantie, dat gaat niet als je ‘groot’ bent. Door nog groter te worden zou het persoonlijke verdwijnen, de exclusiviteit teloor gaan. Een gesprek over een tas van de Bijenkorf, dat heb je niet zo snel.

 

Curriculum Vitae

Hester van Eeghen werd geboren in Amsterdam op 11 november 1958. Ze studeerde Nederlands en rechten, maar begon in 1985 met een opleiding leerbewerking in Waalwijk. In 1988 opende ze haar eerste winkel op de Hartenstraat, later kwam daar een tweede in dezelfde straat bij. Sinds 2000 ontwerpt ze ook schoenen.

Al haar modellen worden door haar zelf ontworpen en geproduceerd door vaklieden in Italië. Om het leerambacht in Nederland levende te houden en aan te moedigen richtte zij in 1998 de Stichting Hester van Eeghen Leather Design op. Iedere twee jaar reikt zij een prijs uit aan jonge veelbelovende ontwerpers.

De tentoonstelling ‘Een juweel van een tas’ die nu in het Tassenmuseum Hendrikje te zien is, bevat onder andere 25 speciaal ontworpen unica’s. Deze worden op 9 november geveild bij Sotheby’s Amsterdam. De opbrengst gaat naar haar stichting.

Gewijzigd op ( Saturday, 13 September 2008 )