Stel zelf een vraag

2515. Kunnen anti-transpiranten borstkanker veroorzaken?

Datum 22/01/2004
Leeftijd38 jaar
VraagIn een recent artikel dat via e-mail verspreid wordt, is er sprake van verhoogd risico op borstkanker door het gebruik van deodorants die het product Aluminium Chlorhydraat bevatten. Is dit correct of het zoveelste verzinsel?

Dit is de uitleg die erbij gegeven wordt: 'slechts enkele delen van ons lichaam zijn in staat toxische stoffen te elimineren, zijnde: de knieholtes, achter de oren, tussen de benen en de oksels. Deze toxische stoffen worden uitgestoten onder de vorm van zweet. Anti-transpiranten verhinderen het zweten. De toxische stoffen verdwijnen niet uit het lichaam, maar worden opgestapeld in de lymfeklieren onder de armen. De oorsprong van de meeste borstkankers is in deze bovenzone van de borst te vinden'


Antwoord van Dr. Roger Crombez, radiotherapeut-oncoloog en coördinator Borstkliniek, A.Z. Sint Lucas, Brugge.
Antwoord datum10/02/2004
AntwoordHet verhaal over een oorzakelijk verband tussen gebruik van antizweetproducten (is niet hetzelfde als antigeurproducten!) in de oksel en het ontstaan van borstkanker circuleert al sinds 1999 als e-mail van de hand van een Uruguayaanse biologe Mevrouw Gabriela Casanova Larossa. Zij beweert dat borstkanker ontstaat omdat de okselzweetklieren onder invloed van Aluminiumchloride in antizweetproducten hun 'toxines' (niet verder gedefinieerd) niet meer kunnen afvoeren. Dit is larie want toxines worden niet via het zweet afgevoerd, daar bestaan andere organen voor zoals lever en nieren. Anderzijds zouden door het scheren van de oksel via kleine wondjes 'toxische stoffen' in het okselweefsel worden opgestapeld. Evidentie voor deze stelling wordt helemaal niet gegeven. De stelling van verhinderde toxine-afvoer uit de borst herinnert ons aan een gelijkaardig verhaal over het dragen van (spannende) BH's, vooral met beugels die daarom ook kankerverwekkend zouden zijn ( te lezen in het boek Dressed to kill van Singer en Grismaijer). Dit verhaal is intussen al terechtgekomen in fabeltjesland.

Een nieuwe suggestie over het oorzakelijk verband tussen borstkanker en antizweet/antigeurmiddelen komt uit de publicatie van Kris McGrath in het European Journal of Cancer Prevention (december 2003). Hierin werden 437 borstkankerpatienten ondervraagd over hun gebruik van antizweet/antigeurmiddelen en okselscheren. De studie stelt dat er een verband is tussen de leeftijd van borstkankerdiagnose en het gecombineerd gebruik van deze middelen en okselscheren. In deze studie vinden we geen controlegroep van vrouwen zonder borstkanker. Bewijzen voor een oorzakelijk verband ontbreken hier volledig. Is het niet gewoon zo dat jongere vrouwen meer gebruik maken van deze middelen en het scheren van de oksels? Waarom komt borstkanker dan even frequent voor bij Europese vrouwen die hun oksel niet scheren? Trouwens, het verbruik van okselcosmetica stijgt ook duidelijk minder snel dan de toename van borstkanker.

Een ander geciteerd onderzoek is dat van Philippa Darbre in het Journal of Applied Toxicology (januari 2004). Hierin worden in het borsttumorweefsel van 20 vrouwen 'toxische parabenen' teruggevonden. Geen gegevens echter over deze parabenen in normaal borstklierweefsel of vetweefsel. Parabenen worden als antimicrobieel product gebruikt in cosmetica (nu veel minder dan vroeger) maar ook in voedingsstoffen (frisdranken, charcuterie) Zij worden als veilig aanzien, zonder evidentie voor mutageniciteit. Sommige van deze parabenen vertonen een zwakke oestrogene aktiviteit in proefdier- en celmodellen. Een oorzakelijk verband met borstkanker werd nog altijd niet aangetoond.

De enige studie met controlegroep tot nu toe is deze van Dana Mirick in het Journal of the National Cancer Institute (oktober 2002) die het gebruik van okselcosmetica en okselscheren vergeleek bij 800 vrouwen met en 800 vrouwen zonder borstkanker. Zij vond geen enkel verband.

Er bestaat dus geen enkele evidentie om een verband te leggen tussen okselcosmetica /okselscheren en borstkanker.


Antwoord van Prof. Dr. Luc Vakaet, kliniekhoofd Radiotherapie, UZ en RU, Gent.
Antwoord datum10/02/2004
AntwoordHet email bericht over de rol van anti-transpiranten en het voorkomen van borstkanker doet de (internet-)ronde sedert het begin van de negentiger jaren. Het is een goed opgezette mail die de indruk wekt dat dit wetenschappelijk vaststaat. Niets is minder waar. Een uitgebreid onderzoek dat de specifieke bedoeling had op deze vraag te antwoorden - en gepubliceerd werd in het toonaangevende Amerikaanse tijdschrift The Journal of the National Cancer Institute- kon de relatie tussen anti-transpiranten en borstkanker NIET aantonen.

Zeer recent werd in een Europees tijdschrift beweerd dat er wél een relatie zou bestaan. Dit laatste artikel is wetenschappelijk echter veel minder onderbouwd dan het Amerikaanse onderzoek en heel wat specialisten ter zake twijfelen nog steeds heel sterk aan de relatie. Bovendien was er alleen een effect aangetoond van anti-transpiranten in een groep vrouwen die naast anti-transpiranten ook erg frequent de oksels scheerden met een scheermesje. Bij patiënten die een 'normale' oksel hygiëne hadden (en dus ook anti-transpiranten gebruikten) werd geen enkel verband aangetoond.

Het is dus niet verwonderlijk dat de email-campagne nu opnieuw volop begonnen is. Toch blijft het nog steeds zo dat een duidelijk verband tussen anti-transparanten en het ontstaan van borstkanker NIET kon worden aangetoond.

HomepageÊBorstkankerÊInformatiepagina's

 

Deze informatie heeft niet als doel medisch advies te verlenen.
Alle medische beslissingen moeten worden genomen in overleg met uw arts.