voorpagina · archief · over robin · colofon
 
>>Robindewever.nl / Archief / Stijlloos voor geld
Stijlloos voor geld

Fatsoen? Eer? Ethiek? GeenStijl-directeur Dominique Weesie heeft er niks mee. “We schrijven wat de mensen willen horen. Er is een markt voor.”Zijn onvolprezen ‘afzeiklog’ haalt regelmatig het NOS Journaal, verkoopt online ‘TomToms onder de bodemprijs’ en kwam zelfs met een heus jaaroverzicht in boekvorm. “Het wordt pas echt leuk als we met pensioen gaan, over twee jaar.”

Het succesverhaal van GeenStijl leest als een jongensboek. Als Dominique Weesie, verslaggever voor De Telegraaf, in 2003 geïnspireerd raakt door scherpe en genadeloos kritische weblogs als Retecool en VolkomenKut, besluit hij zijn eigen weblog te beginnen: GeenStijl.

Vooruit, de opzet van GeenStijl lijkt flink op die van zijn eerdergenoemde soortgenoten en zijn schrijfstijl mag hij dan min of meer ‘geleend’ hebben, al snel blijkt zijn log de snelst rijzende ster aan de horizon te zijn. De schare Nederlanders die voor hun dagelijkse nieuws in eerste instantie naar GeenStijl grijpt, groeit dagelijks.

De hetzes die GeenStijl met regelmaat weet te genereren, dragen daar ongetwijfeld aan bij. Weesie en de zijnen hacken de Airmilespas van 3FM-deejay Patrick Kicken en duiken met behulp van een online uitwisselingsprogramma een geheim document van de marechaussee op.

Later verklaren ze een springlevende Felix Meurders dood, als die in ´De Leugen Regeert´ GeenStijl kritisch aanpakt.

Waren Weesies ethische standaarden al tijdens zijn periode als Telegraaf-verslaggever niet vrij van discussie, ook zijn werkwijze op GeenStijl kan regelmatig rekenen op kritiek.

Met de groeiende populariteit van het weblog werden die geluiden steeds talrijker: journalisten van traditionele media verwijten GeenStijl geen goede scheiding tussen feiten en opinies aan te brengen, geen opbouwende kritiek te geven en uiteindelijk laks te zijn geworden van al het succes.

In 2006 raakt het bedrijf aan de flirt met de commercie: uitgeverij Nieuw Amsterdam komt met ´2006 Zuigt´, een papieren jaaroverzicht van de weblogartikelen, en omroep BNN werpt zich op als televisiepodium voor GeenStijls eigen programma ´Steengeyl´.

Zakelijk gezien keert Weesie weer terug naar zijn roots, als de weblog onder de paraplu van uitgever De Telegraaf kruipt.

Tijd voor een functioneringsgesprek, dachten we zo. Wordt Weesie inderdaad lui van al dat succes? Gaat het hem inderdaad allemaal om geld? We beukten met twaalf scherpe vragen in op de eer en het geweten van GeenStijl.

Het geld
“Allemaal oude actualiteiten (tot oktober van het afgelopen jaar, de rest moet de lezer uit het gratis tabloid Sp!ts knippen), waarbij je meer moet doen je te herinneren wie, wat, waar, wanneer en waarom dan dat er plezier valt de beleven aan de zouteloosheden, verwensingen en grappen.”
Publicist Ron Kaal in VARA TV Magazine over ‘2006 Zuigt’, GeenStijls jaaroverzicht in boekvorm, januari 2007

GeenStijl in boekvorm? Dat riekt naar geldklopperij.
Weesie: “Absoluut, dit doen we voor het geld. Aanvankelijk leek het ons niets, maar toen uitgeverij Nieuw Amsterdam met aardige plannen kwam, hebben we besloten het toch maar te doen. De vrouwen en vriendinnen van onze lezers staan ervoor in de rij. Die denken: leuk, daar heeft ‘ie het altijd over. En geef toe: het ís ook gewoon erg leuk, voor op de plee en voor de heb.”

Echt iets voor de GeenStijl-lezer, dachten jullie.

Weesie: “Het is uitverkocht, dus kennelijk slaat het aan. En die lezers, ach… een deel daarvan zeurt over alles. Als je een mooie meid op je site zet, hebben ze thuis een mooiere zitten, als je een nieuwe lay-out voor je site maakt, vinden ze het niks. Daar hebben we geen boodschap aan. Veel van onze reaguurders geven kritiek om kritiek te geven.”

Jullie zijn anders?
Weesie: “Sommige zaken in deze maatschappij zijn gewoon stelselmatig verkeerd. Daar springen we op in. Binnenkort beginnen we met een televisieprogramma bij BNN, dan zullen we ook wel weer een neger in ons programma moeten stoppen van de allochtonenrichtlijn. Belachelijk.”

Wel ironisch, GeenStijl ingelijfd in het publieke omroepbestel.
Weesie: “Dat vonden we zelf eigenlijk ook. We gaan belastinggeld opmaken! We hebben altijd gezegd: als we televisie gaan maken, doen we het bij BNN. Talpa is dood, SBS6 is een campingzender en RTL is van Unilever. Let wel: we zijn niet tegen de publieke omroep, we hebben alleen een hekel aan NOVA en het Staatsjournaal. Dit programma is een aardig opstapje.”

Een opstapje?
Weesie: “We willen vaardig worden in de tv-wereld. Ons streven is wereldheerschappij, weet je nog? Natúúrlijk hebben we op de lange termijn plannen voor GeenStijl-televisie. We zijn hard op weg om een solide en stijlloos imperium op te bouwen. GeenStijl is behalve een weblog natuurlijk ook een gevoel, een illusie: we doen ons graag voor alsof we in roze Hummers rijden en met lekkere vrouwen op mooie stranden liggen.”

Het Hugh Hefner-effect.
Weesie: “Juist.”

De roem
“Je warmen aan het behaaglijke vuur van de roemrucht is een stuk prettiger dan iedere dag proberen met creatieve content op de proppen te komen. GeenStijl is van al het succes lui geworden.”
December 2006; nrc.next recenseert '2006 ZUIGT', GeenStijls jaaroverzicht in boekvorm.

Vast niet leuk om te horen.
Weesie: “Ach, ’t is een schreeuw om aandacht. Zo’n journalist weet ook wel dat we naar hem linken als hij ons stevig aanpakt. En als we linken, heeft ‘ie ook 1,7 miljoen lezers.”

Maar ís GeenStijl van al het succes lui geworden?
Weesie: “Dat is hun mening. Moeten ze zelf weten.”

Is GeenStijl over zijn hoogtepunt heen?
Weesie: “Goede vraag. Ik riep altijd dat 2005 ons hoogtepunt was, maar inmiddels ben ik daar niet meer zo zeker van. Als je ons plezier afmeet aan wat we verdienen, zou je kunnen zeggen dat het steeds leuker wordt. Inmiddels zijn we allemaal flink rijk. Dat is geen schande. GeenStijl is een mediabedrijf, en dus moet er geld verdiend worden. En niet zo’n beetje ook.”

Heel wat media vinden dat jullie op de automatische piloot zijn gaan vliegen.
Weesie: “Onzin.”

Het geld is belangrijker dan de eer?
Weesie: “Absoluut. Wat heb je nou aan eer? Wij gaan voor het geld. Iedereen die het beter denkt te weten, lach ik keihard uit. Je kunt gerust eerzuchtig doen, maar ík zit binnenkort wel mooi met een gevulde portemonnee en een lekker wijf aan het strand.”

De keeper van ADO Den Haag heeft het na het openbaar worden van zijn zelfgemaakte sekstape zwaar te verduren gehad. Jullie hebben dat filmpje bekend gemaakt.
Weesie: “Dat heeft ‘ie zelf gedaan. GeenStijl kreeg de schuld, omdat alles wat GeenStijl aanraakt direct in nieuws verandert. We hebben naar het filmpje gelinkt omdat het inmiddels een aardige nieuwswaardigheid had opgebouwd: alle Britse paparazzi hadden het nieuws al gebracht.”

En de eer
“GeenStijl grossiert voornamelijk in het aanklagen en neersabelen. In oplossingen of alternatieven is amper interesse.”

Techlifestyle-magazine Bright, oktober 2005.

Weesie: “Dat verhaal is geschreven door Francisco van Jole. Dat zegt genoeg, toch?”
Niet direct, leg uit.
Weesie: “Ach, Van Jole… eerst vond ‘ie internet geweldig, en toen de porno en de hackers kwamen, was het ineens allemaal verschrikkelijk. Die man heeft veel te lang op internet gezeten. Hij wordt hartstikke gek van zichzelf.”

Terug naar de kritiek van Bright Magazine. Die horen jullie wel vaker, toch?
Weesie: “Absoluut. Het leeuwendeel van de journalisten zijn veel te eerzaam. Ik heb altijd gepleit voor een nieuwsbenadering zoals de Britse tabloids dat doen: infotainment. Nederlandse journalisten zijn daar erg huiverig voor, waarschijnlijk omdat ze het onethisch vinden.

Heel nobel hoor, maar de gevolgen daarvan zijn bekend: teruglopende verkoopcijfers. Ik denk dat ik net iets beter weet wat goed verkopend nieuws is en wat niet. Je moet mensen geven wat ze willen; wij doen dat.”

Zouden journalisten minder ethisch moeten zijn?
Weesie: “Tot op zekere hoogte wel. Als je met feiten komt, moet je die natuurlijk hard kunnen maken. Maar het ontbreekt de meeste journalisten tegenwoordig aan durf en creativiteit.

Dat merkte ik al toen ik zelf journalistiek studeerde in Utrecht. Journalistiekstudenten worden veel te veilig opgevoed. Ze kijken niet buiten de hokjes, blijven in hun eigen veilige wereld.

Bijna iedereen stelt zich aanvankelijk als doel om uiteindelijk voor gerenommeerde bladen als HP/De Tijd, Elsevier of de Volkskrant te schrijven, om uiteindelijk te eindigen bij een eigen tekstbureautje en een baantje bij het lokale sufferdje. Dan zeg ik: het is geen schande om voor De Telegraaf te werken of om voor een website te schrijven.”

Copyright Robin de Wever 2007 ©
Gepubliceerd in... Gepubliceerd in: uitgave FHJ, januari 2007
Bookmark dit artikel
© copyright Robin De Wever 2007 | design 150watt.net | voorpagina · over robin · archief · colofon