Het Soemerisch gaf ons het uur van zestig minuten

Het Soemerisch is een dode taal die niet verwant is aan enige andere taal. Toch slaagde Bram Jagersma erin er een grammatica van te schrijven. Hij deed dat op basis van inscripties en kleitabletten. Het Soemerische telsysteem is nog steeds terug te vinden in ons in zestig minuten verdeelde uur. Jagersma promoveert op 4 november op het Soemerisch.

Verdrongen

Kleitablet met daarop een oorkonde in het Soermerisch, plm. 3000 v. Chr.

Kleitablet met daarop een oorkonde in het Soermerisch, plm. 3000 v. Chr.

Het Soemerisch was tot circa 4000 jaar geleden in het zuiden van Irak een levende taal. Toen werd het door het Akkadisch verdrongen, althans in het dagelijks leven. In de cultus en als schrijftaal van geleerden was de taal nog ongeveer 2000 jaar gegund, niet alleen in Irak, maar ook in de rest van Mesopotamië en op enkele andere plaatsen in het Nabije Oosten.


Spijkerschrift

De geschriften – honderden inscripties en vele tienduizenden kleitabletten uit de periode 2500-2000 v. Chr. – zijn geschreven in het spijkerschrift, een uitvinding van de Soemeriërs zelf. Door de beperkingen van dit schrift, en doordat het Soemerisch een dode en geïsoleerde taal is, was het schrijven van de grammatica geen eenvoudige opgave. Toch slaagde Jagersma overwegend in zijn missie, mede door een grondige analyse van de spelling en van leenwoorden in en uit andere talen.

Woord- en klanktekens

Een in het oog lopende eigenschap van het Soemerische schrift is dat alles aan elkaar geschreven werd.  Aanvankelijk bestond het schrift alleen uit woordtekens (zoals het Chinees), gaandeweg kwamen er ook klanktekens bij, totdat alleen nog de stam als woordteken werd geschreven. Hoe gecompliceerd de analyse van de taal voor Jagersma was, laat zich illustreren aan de hand van de persoonsvorm: die bestaat uit een stam met één tot negen voorvoegsels en één tot drie achtervoegsels.

Persoonsvorm als volledige zin

Aanvankelijk bestond het Soemerische schrift uitslsuitend uit woordtekens.

Aanvankelijk bestond het Soemerische schrift uitslsuitend uit woordtekens.

Die voor- en achtervoegsels drukken een breed scala aan betekenissen uit, waaronder tijd, aspect, wijze, persoon en getal van zowel onderwerp, lijdend voorwerp als meewerkend voorwerp, en bepaalde bijwoordelijke bepalingen. Eén persoonsvorm kan zo met al zijn voor- en achtervoegsels een volledige zin uitdrukken. Bijvoorbeeld de werkwoordsvorm munnintumma?a (het vraagteken en de slot-a zijn geen tikfouten). Dit woord betekent ‘toen hij het hier voor haar geschikt had gemaakt’.


Beschrijvende taalwetenschap

Jagersma is niet de eerste die zich op het Soemerisch heeft gestort: 'De taal is herontdekt in de tweede helft van de 19e eeuw en sindsdien diverse grammatica's van geschreven. Maar die van mij is de eerste vanuit de beschrijvende taalwetenschap. Alle voorbeelden zijn voorzien van een uitgebreide taalkundige analyse, zogenoemde glossen, waardoor ook mensen die geen spijkerschrift en Soermerisch ermee uit de voeten kunnen. En in mijn grammatica zijn de notities over de klankleer veel uitgebreider. Ik ben er zelf eigenlijk verbaasd over hoeveel je nog te weten kunt komen over de uitspraak van een taal die al 4000 jaar niet meer wordt gesproken.'

Legpuzzel

Werken aan de grammatica was monnikenwerk en vergde het geduld dat ook nodig is voor een grote legpuzzel: 'Je moet het doen met een enorme hoeveelheid teksten in een moeilijk en vaak dubbelzinnig schrift. Wat je doet is eindeloos zinnetjes en vormpjes met elkaar vergelijken op zoek naar regelmatighedenl. Het is fantastisch als er dan ineens een kwartje valt want dan ben je weer een klein stukje dichter bij de oude Soemeriërs en het begin van onze geschiedenis.' 

Zestigtallig telwoordenstelsel

Het stelsel van telwoorden van de Soemeriërs is uniek in die zin dat het zestigtallig is. Het is nog steeds wereldwijd terug te vinden in de verdeling van een uur in zestig minuten en die van een minuut in zestig seconden. Ook in onze cirkel van 360 graden is de zestigtalligheid te herkennen.

Links

(3 november 2010/Corine Hendriks)

Laatst Gewijzigd: 21-12-2010