Op twee momenen in zijn - lange - carrière wist Jan De Wilde zich in de aandacht
te werken :
in 1970-1972, toen hij de auteur en zanger was van een aantal vrolijke folk-geörienteerde
plaatjes zoals "Ik kan het, Ma", "Joke" en "Een
vrolijk lentelied" (dat ook in een bewerking van de folkgroep Rum bekendheid verwierf). Deze liedjes waren meteen
ook stof tot enige controverse in het conservatieve Vlaanderen met regels als
"De Fallus Impudicus staat al in bloei" en "Joke, Joke,
trek je witte jurkje uit". De Wilde repliceerde dat het hier de humorvorm
genaamd "sarcasme" betrof.
Hij werkte in deze periode ook volop mee aan het debuut van zijn vriend Kris
de Bruyne, en lanceerde mee de carrière van komiek Urbanus,
van wie hij in de jaren zeventig 3 albums produceerde.
In 1988-1992, toen hij plotseling uit zijn lethargie leek te ontwaken (op aanstoken
van diezelfde Urbanus overigens) en twee heel goed ontvangen cd's op Vlaanderen
losliet.
"De Bende van Jan de Lichte" (met liedjes als "Zussen"
en "Anneke Weemaes") werd uitgebracht in 1988 en introduceerde
"en passant" Wigbert van Lierde aan het brede publiek.
In 1990 verwekte hij de prachtige plaat genaamd "Hé Hé" in Nederland.
De cd was een productie van Henny Vrienten (ex Doe Maar) en werd opgeluisterd
door een schaar Nederlandse muzikanten (Fay Lovski, Henny Vrienten, Jan Pijnenburg
en zelfs de legendarische Boudewijn De Groot).
Met songs als "Pik het en slik het" (een cover van een nummer van John
Prine), "Naakte man" (een cover van Randy Newman), "De eerste sneeuw"
en "De fanfare van honger en dorst" (beide van de hand van zijn oude
"soulmate" Lieven Tavernier), enkele nieuwe
bewerkingen van ouder materiaal ("Walter, Ballade van een goudvis" and
"Een vrolijk lentelied") en enkele nieuwe en inventieve eigen liedjes
("Golden retriever", "Hé, hé"), is dit wellicht het beste
materiaal dat hij ons heeft nagelaten.
In de tournée die volgde werd hij begeleid door een klassiek orkestje genaamd
Prima La Musica.
Van Jan De Wilde wordt vaak gezegd dat hij wordt geplaagd door "een legendarische
luiheid". De liedjes die hieraan ontsnapt zijn, zijn in elk geval parels,
kleine en sobere mozaiekjes. In 1976 schreef Paul Van Mosselvelde "Het chanson
in Vlaanderen" : "Met Jan De Wilde verscheen een nieuw type van zanger
: de breedlachende, knipogende baard-en-trui-artiest moest plaats ruimen voor
de schichtig naderbij sluipende, haarkrabbende figuur. ... Bij hem kwam deze bizarre
gedragswijze echter niet voort uit onbekwaamheid of onmondigheid, maar uit een
fundamentele onzekerheid en schuchterheid." Hij is dan ook een zanger
die tevreden is met zijn gebrek aan succes : "Ik heb dat altijd comfortabel
gevonden", zei hij eens, "Bij Raymond,
Willem Vermandere of Urbanus heb ik gezien dat je van
succes vaak meer last dan genot hebt. Zij kunnen dat misschien aan, maar ik niet".
In 2000, kwam Jan de Wilde opnieuw naar de oppervlakte met een plotseling bevlieging
van activiteitsdrang: enkele dagen in het begin van november leek hij zelfs de
Vlaamse media te monopoliseren, met verschijningen in zowat elk denkbaar Radio1
en VRT-programma. Maar met reden, want na meer dan 10 jaar na de release van zijn
laatste en (te) succesvolle plaat Hé Hé, was hij er eindelijk
opnieuw in geslaagd een aantal nieuwe songs op te nemen, die EMI uitbracht onder
de titel "Oude Maan".
De man die altijd opkwam voor zijn "recht op luiheid", koos hiervoor
11 simpele songs, waarvan drie geschreven door anderen ("Wij houden stand"
van Luc De Vos van Gorki, "Pauvre Ruteboeuf"
was oorspronkelijk een frans chanson, en werd vertaald door schrijver Johan Daisne).
Raymond van het Groenewoud stond de zanger bij op
twee liedjes, en de plaat werd geproduceerd door Jo Bogaert (jazeker, die
van Technotronic) omdat die op slechts enkele minuten
van het huis van de zanger woonde.
Een tweede activiteit in 2000 was het boek met (een selectie uit) de teksten van
zijn gehele carrière. Met een tekening van eigen hand op de cover werd
het boek "Niks aan dan vel" getiteld, en uitgebracht bij uitgeverij
Houtekiet.
Koop CD's van deze groep
bij
Albums :
- ZZrroo (Philips, 1970)
- Vogelzang 5 (Philips, 1972)
- Knikkerterrorist (Philips, 1974)
- PVBA Koekejoe en Cie (Philips, 1980)
- De Bende van Jan De Wilde (EMI, 1988)
- Hé hé (EMI, 1990)
- Jan De Wilde & Prima La Musica (EMI, 1992)
- Oude Maan (EMI, 2000)
Compilaties :
- Portret (Philips, 1980)
- Het beste van Jan De Wilde (Philips, 1991) Singles :
- Ik kan het, Ma (Philips, 1970)
- Joke (Philips, 1970)
- Een vrolijk lentelied / Voor de rest (Philips, 1972)
- Pillen en poeders (EMI, 1977)
- Ballade in lange A / Abadje (DK, 1979)
- Zussen / Bij het gebulder (EMI, 1987)
- Anneke Weemaes (EMI, 1987)
- Poolijskap + Prima La Musica (EMI, 1992)
Websites :
- jan-dash-de-dash-wilde dot com, de officiële
site
- mijn bespreking van "oude maan"
- "de mislukte clown in Jan de Wilde", reportage in de Standaard
Het Belgisch Pop & Rock Archief was tot begin 2002 in handen van Dirk
Houbrechts. Om persoonlijke redenen (lees
hier waarom) stopte hij met deze website. Het archief is nu toevertrouwd
aan het Muziekcentrum Vlaanderen (www.muziekcentrum.be),
het steunpunt voor de professionele muzieksector. Contact: webmaster@muziekcentrum.be
of per post naar Muziekcentrum Vlaanderen, Steenstraat 25, 1000 Brussel.
Opgepast : Deze site betaalt auteursrechten, en is opgebouwd en onderhouden
conform de toelatingsvoorwaarden overeengekomen met de Belgische auteursrechtenvereniging
SABAM. Consultatie
van deze website is gratis, met uitsluiting van het downloaden, reproduceren of
verdere openbare medeling van de onderdelen van de site. Copieer a.u.b. niet,
link!