Staat wacht met doorverkoop ABN

De Nederlandse staat wacht bewust met het doorverkopen van ABN Amro Nederland, omdat de situatie op de financiële markten nog te onzeker is. Volgens minister Bos (Financiën, PvdA) moet eerst meer duidelijkheid ontstaan over risico’s die zowel ABN Amro als potentiële kopers nog lopen in de kredietcrisis.

Dat zei Bos vanochtend in het debat met de Tweede Kamer over de rijksbegroting. Dat debat stond voor een groot deel in het teken van de kredietcrisis en de noodmaatregelen die de Nederlandse, Belgische en Luxemburgse regering dit weekeinde namen bij Fortis. De drie landen investeerden gezamenlijk 11,2 miljard euro in de noodlijdende bank-verzekeraar, die in problemen was gekomen na enorme afstraffingen op de aandelenbeurs.

Er was tijdens dat crisisberaad over Fortis ook al sprake van een verkoop van ABN Amro Nederland. Bank-verzekeraar ING was een kandidaat. De verkoop kwam zondag niet rond en ING zei maandag dat er geen bod komt.

Bos zei dat hij lering wil trekken uit het nieuwe onderzoek naar de verkoop van ABN Amro vorig jaar aan het consortium bestaande uit Fortis, Royal Bank of Scotland en het Spaanse Santander.

Bos zei in het debat ook „geen reden [te hebben] om aan te nemen heeft dat Fortis ons verkeerd heeft geinformeerd.” De minister kwam daarmee terug op zijn eerdere suggestie dat Fortis afgelopen anderhalf jaar cruciale informatie op de balans zou hebben achtergehouden.

Op de beurs in Amsterdam stond Fortis rond het middaguur op een winst van 17 procent op 5,70 euro.

Fortis: pagina 17